Naast Max Verstappen zorgde Tijmen van der Helm ook voor een Nederlands podium in Abu Dhabi tijdens het laatste Formule 1-weekend van het jaar. De vijftienjarige coureur uit Den Hoorn eindigde tijdens de tweede ronde van het F4 UAE-kampioenschap knap als derde. Daarmee bevestigde de vijftienjarige rijder uit Den Hoorn opnieuw zijn status van aanstormend talent.
Voor Tijmen was het klinkende resultaat op het circuit in de Verenigde Arabische Emiraten reden voor gemengde gevoelens. Hoewel de derde plaats op zich een resultaat is om trots op te zijn, wist hij tegelijkertijd dat het nog beter had gekund. Zo reed hij in race één op de derde plaats toen in de laatste ronde een voorwiel afbrak. Daardoor viel hij uit en moest hij in race twee van de laatste plaats starten.
Het beroemde Yas Marina-circuit van Abu Dhabi was hem inmiddels bekend. Op de baan waar zondag het Formule 1-seizoen tot een einde kwam, maakte de door TeamNL ondersteunde rijder begin dit jaar zijn debuut in een Formule 4-auto. Daarbij werd hij overigens prompt tweede. Afgelopen weekeinde kwam hij voor Xcel Motorsport in actie en al snel bleek dat het met de snelheid wel goed zat. “We hebben alleen geen geluk gehad en ik heb zelf ook een stom foutje gemaakt”, was hij kritisch op zichzelf.
Na afloop van de kwalificatie was de Nederlander, die in het Spaans kampioenschap F4 dit seizoen zeven podiumplaatsen pakte, per abuis door de Formule 1-pitstraat gereden terwijl er voor Formule 4-rijders een andere pitlane is. “Dat was mijn fout, ik had het moeten weten.” Het kwam Tijmen op een gridstraf van drie plaatsen te staan.
Gestart vanaf P6 in de eerste race werkte hij zich snel naar voren om al gauw naar de nummer één en twee in de race toe te rijden. Tijmen: “En toen begon ik last te krijgen van dat wiel, het begon overal te blokkeren. Op dat moment waren we de snelste op de baan. Het ging eigenlijk hartstikke goed, we hadden de juiste snelheid. En toen brak dat voorwiel af en ging ik de muur in.”
Als gevolg van die crash moest hij in de tweede race als dertiende en laatste starten. “Ik had een heel goede start en lag na de eerste bocht al zevende. Daarna heb ik nog iemand ingehaald en toen gingen er twee voor me van de baan. Na twee rondjes lag ik dus al vierde. De safety car kwam de baan op en dat duurde vier rondjes.”
Daarna reed Tijmen vrij lang achter een concurrent. “Ik kwam hem niet voorbij op het rechte stuk. Toen ik hem eenmaal wel voorbij was, was ik meteen snelste op de baan. Helaas was er een gat ontstaan met de nummer één en twee. Ik reed wel naar ze toe, maar ik had te weinig tijd om ze nog te kunnen aanvallen. De snelheid was opnieuw erg goed. Als dat wiel in de eerste race niet was afgebroken, had ik in de tweede race van de derde plaats mogen starten en was er een grote kans geweest dat ik de race had gewonnen.”
Terugblikkend concludeerde Tijmen dat hij goed had gereden. “Het had een echt heel goed weekend voor ons kunnen zijn. We hadden gewoon de snelheid. Volgend jaar hebben we hopelijk wat meer geluk en rijd ik zelf wat slimmer. Dan kunnen we een paar mooie jaren tegemoet gaan.” Wat zijn programma voor volgend jaar wordt, kon hij nog niet zeggen. “Daar zijn we nog druk mee bezig, er is nog niets definitief.”