Omdat de laatste ronde van de Porsche Carrera Cup Benelux-kampioenschap wegens corona werd afgelast, stond coureur Morris Schuring ineens voor een voldongen feit. Hij kon niet meer rijden om kampioen te worden en dus was de nummer twee in de stand ineens vice-kampioen. Daarmee is hij veruit de jongste nummer twee ooit in de titelstrijd. Een prestatie om trots op te zijn, wist ook de vijftienjarige autosportdebutant uit den Dolder.
“Natuurlijk ben ik erg blij met die tweede plaats in de eindstand. Maar het is ook wel een beetje zonde dat die laatste ronde niet meer werd gehouden”, aldus Morris. “Het was nog mogelijk kampioen te worden. Het virus had helaas andere plannen. Ik kan niks anders doen dan me erbij neerleggen. Tweede is natuurlijk ook hartstikke goed. En ik heb megagrote stappen gezet. Er zat dit seizoen eigenlijk alleen maar een stijgende lijn in. Als rookie is dit wel echt een goed resultaat.”
Morris heeft een ongekend succesvol jaar debuutseizoen in de autosport achter de rug. En dat in een jaar waarin de talentvolle Utrechter eigenlijk nog niet eens zou gaan racen. Toch kwam het ervan. “Dit jaar werd door corona de internationale licentie-eis voor de Carrera Cup Benelux naar beneden bijgesteld”, verklaart Morris, die door zijn school – het Luzac College in Utrecht – alle steun krijgt om zijn sport te kunnen uitoefenen. “Je moest daarvoor eerst zestien jaar zijn, nu kon ik mijn vijftiende al debuteren. Dat wisten we aan het begin van het jaar nog niet.”
Toen hij dat eenmaal wel wist, was de beslissing snel gemaakt. Dus werd het niet langer alleen maar testen in 2020, maar dus ook racen. Een forse stap voor een knaap van vijftien jaar oud, toch was het een weldoordachte stap. Mede dankzij Morris’ intensieve samenwerking met zijn trainer en coach Larry ten Voorde, zelf een succesvol Porsche-coureur (hij won dit jaar de zowel de Supercup als de Porsche Carrera Cup Deutschland), was hij tijdens de tests aan het begin van het jaar al heel snel. Zo snel zelfs, dat hij qua rondetijden bij de besten van het deelnemersveld hoorde.
“Tijdens de grote test van het Benelux-kampioenschap waren we al echt snel. Toen wisten we al een beetje waar we stonden.” En dat was ver voorin. Toch rekende Morris zich niet rijk. “Het moet dan ook nog gebeuren in de races. Gelukkig pakte het tijdens mijn eerste raceweekend in Zolder goed uit.”
In dat weekeinde werd het talent van GP Elite tweede in zijn eerste autorace ooit en won hij de tweede. Daarna won hij datzelfde weekeinde ook de endurance-race van de Porsche Sprint Challenge. “De eerste keer tweede te worden en de tweede race te winnen na een battle was voor mij wel het mooiste. Ik wist wat ik kon. Het is supermooi om het dan te laten zien.”
Dat hij als rookie dat weekeinde schijnbaar uit het niets kwam, zorgde wel voor enkele ‘rare blikken’ in de paddock, erkende Morris. “Mensen kenden me nog niet natuurlijk.” Dat niet alleen: Morris is nog piepjong. Toch vindt hij niet dat daar al te zeer de nadruk op moet worden gelegd. Hij doet dat zelf in ieder geval niet.
“Leeftijd is uiteindelijk maar een getal. Ik heb de goede mensen om me heen om te doen wat ik doe. Ik ben weliswaar pas vijftien, maar ik ben nu een stuk verder dan aan het begin van het jaar. Ik heb in één seizoen best veel verschillende scenario’s doorgemaakt. Elke keer weer moet je er heel hard voor knokken. Goede prestaties komen echt niet uit de lucht vallen.”
Natuurlijk is hij trots dat hij vice-kampioen is geworden, maar het meest blij is Morris misschien wel met de waardevolle en mooie ervaring die hij dit jaar al opdeed, terwijl hij eigenlijk volgend jaar pas zou debuteren. “Ik zie het echt als pure winst dat we zo’n seizoen gekregen hebben. Elke meter die je rijdt telt. Zoals racen op een half-natte baan bijvoorbeeld. Dat helpt je gewoon.”
Voor wat betreft de autosport zit zijn seizoen er nu op. Wel hoopt Morris nog zijn gedroomde afscheid van het karten te krijgen tijdens de mooiste race van het jaar. Officieel staat die nog op het programma: de Rotax Max Challenge International Trophy in Portimão, eind december. Morris: “De vraag is of die doorgaat. Natuurlijk zou dat een heel mooi afscheid zijn. Dus ik hoop heel erg dat die doorgaat!”
