Met een afsluitende sessie op de simulator in Audi’s hoofdkwartier is Robin Frijns afgereisd naar Monaco, waar zaterdag de negende ePrix van dit seizoen in de Formule E – ’s werelds eerste volledig elektrische raceserie – wordt gehouden. “Monaco heeft iets speciaals, het is een legendarische naam.”
Robin Frijns herschreef bijna twee weken geleden in de kletsnatte straten van Parijs de geschiedenisboeken door als eerste Nederlander een ePrix op zijn naam te schrijven. Het leverde hem niet alleen een ontplofte telefoon vol berichten op, maar ook de leiding in het kampioenschap. Met nog vier steden en vijf races te gaan, bij het slotakkoord in New York wordt een dubbel programma afgewerkt, staan de sterren voor Frijns gunstig. “Ik zie het niet als extra druk, ik vind het juist leuk om het klassement aan te voeren”, zegt de Limburger. “Het is natuurlijk wel de bedoeling dat ik daar aan het einde van dit seizoen ook sta.”
Het stratencircuit in Monaco wordt zijn volgende uitdaging. Frijns, hij komt uit voor Audi’s ‘klantenteam’ Envision Virgin Racing, kent de omloop op zijn duimpje. “Drie jaar geleden heb ik er ook gereden. Dat ging toen niet zo denderend, maar dat had veel te maken met de auto. Die is niet te vergelijken met de auto die ik nu heb: dat maakt zo’n groot verschil.” De kwalificatie in het vorstendom wordt volgens Frijns cruciaal. “Je kunt er wel inhalen, maar de wegen zijn smal. Dat maakt het een stuk lastiger. Maar Monaco”, zo vervolgt Frijns, “heeft natuurlijk iets speciaals, het is een legendarische naam.”
Het is de race die iedereen wil winnen. Ook in de Formule E.